Deel 108: april 2022

De griep krijgen of niet

Nou nee, dank u, inderdaad liever niet. Elk jaar, in de winter en het heel vroege voorjaar bestaat de kans dat er onder de bevolking van ons land een griepgolf ontstaat. Per persoon heeft het resultaat van de besmetting een ander verloop. De één wordt er nauwelijks ziek van en de ander is soms onder invloed van hoge koorts een tijd aan het bed gebonden.
Mocht de bekende "griepprik" zijn toegediend, dan kan het inderdaad voor de gevaccineerden soms met een sisser aflopen. Zo niet, dan is een periode in de lappenmand het resultaat.

Het coronavirus wordt nu voortaan beoordeeld als een griepvirus en wordt met passende maatregelen omgeven. Vooral in het begin van de wereldwijde pandemie, nog ver voordat er hele bevolkingsgroepen werden gevaccineerd tegen Covid 19, werden vele slachtoffers geregistreerd. Er zijn in veel landen heel veel mensen aan dit virus overleden. Diegenen die het ternauwernood overleefden hebben vele maanden, en soms nu nog wel, moeten revalideren. Sommigen van hen hopen op een uiteindelijk herstel, maar gebleken is dat dat soms wel héél land kan duren.

Van de ene pandemie naar de andere is helemaal niet zo'n grote stap. Tegenwoordig steekt elk jaar, net als de gewone griep, ook voor vogels van allerlei pluimage, de vogelgriep weer de kop op. Alsof de duvel er mee speelt, ook elke keer weer in het najaar. Er wordt wel gezegd dat het te maken heeft met de bewegingen van de soorten vogels, waar het woordje "trek" vóór staat. Het zou er best wel eens mee te maken kunnen hebben, want het blijkt dus vaak in de herfst te beginnen.

Vogelsoorten, die veelal in grote groepen leven, zijn heel regelmatig de klos. Omdat ze dicht bij elkaar foerageren, of dicht bij elkaar op het water overnachten. Te denken valt daarbij aan watervogels. Ganzen en zwanen, maar ook smienten en andere eendensoorten raken vaak besmet met het virus, omdat ze bij elkaar vertoeven. Nu zou je denken dat dergelijke vogelsoorten wel wat gewend zijn. Ze leven vrij en blij, leggen soms grote afstanden af in weer en wind. Het zullen toch wel sterke vogels zijn, die niet gauw ziek gaan worden.

Helaas, het besmettelijke en gevaarlijke vogelgriepvirus slaat ook regelmatig toe bij dergelijke vogels. Niet alleen bij watervogels, zoals smienten en brandganzen, ook bij steltlopers, zoals de kanoet, vielen zeer veel slachtoffers. Ook de vogels, in deze categorie, zijn heel vaak dicht bij elkaar te vinden. Berucht zijn natuurlijk de uitbraken in de enorme pluimveestallen, waarin soms bijvoorbeeld meer dan honderdduizend kippen, kalkoenen of kuikens dicht op elkaar en met elkaar zitten opgescheept. Als daar, ondanks alle uiterst strenge veiligheidsprotocollen, het virus eenmaal binnen is gedrongen, gaat het faliekant fout. Eenmaal binnen gedrongen, dan steekt de ene vogel de andere gemakkelijk aan.

Dat gaat natuurlijk heel gemakkelijk, want je buur vrouw/man staat altijd naast je; die is nooit ver weg! Zijn er dan veel soortgenoten bij bosjes omgevallen, dan is het duidelijk. Dan gaat de gehele locatie luchtdicht afgesloten worden en doet een grote portie ingeblazen CO2 het dodelijke werk. De algehele, in de enorme schuur aanwezige populatie pluimvee valt "en masse" in slaap om nooit meer wakker te worden. Einde oefening. Het vogelgriepvirus heeft een gevaarlijk en een wat minder gevaarlijke variant. De minder gevaarlijke variant kan gemakkelijk in die grote megastallen muteren in de gevaarlijke vorm en dan is het "muizen".

Niet alleen vogels hebben te vrezen van dit virus, ook zoogdieren als de hond, kat, bunzing, steenmarter en vos kunnen er mee te maken krijgen. Net als roofvogels/aaseters kunnen ook zij er ziek van worden en er dood aan gaan. De oorzaak is veelal dat de genoemde zoogdieren en vogels de gevonden dode besmette vogels opeten. Er zijn al zo nu en dan vossen gevonden met neurologische verschijnselen, die gelijkenis vertoonden met die, van door vogelgriep getroffen vogels. Verder is ook intensief contact met besmet pluimvee niet goed, erger nog, gewoon gevaarlijk. Zoönosen, virusziektes onder diersoorten, kunnen soms overspringen op de mens.

Waar gaat dit verhaal eigenlijk naar toe?

De dreiging van vogelgriep komt elk jaar weer terug en het lijkt wel of de besmettingen ook jaarlijks steeds talrijker en catastrofaler worden. Veel pluimveebedrijven krijgen er mee te maken en lijden verliezen, zowel aan vogels als aan geld.
Vrije uitloop eieren worden na een bepaalde periode plotsklaps minder waard! Een jaarlijks terugkerende vraag is hoe, ondanks de zware gezondheidsprotocollen, hel gevaarlijke virus die stallen kan binnendringen. Daar moet toch nog ergens steeds weer wat fout gaan?

Er zijn nu sterke aanwijzingen dat er soms een wat grotere sterfte onder pluimvee in die grote stallen heeft plaatsgevonden in de buurt van of rondom de luchtinlaten. Dus daar, waar van buitenaf die complexen van verse lucht worden voorzien, juist daar begint vaak de ellende. Iemand heeft toen bedacht om besmettingen via die weg d.m.v. bijvoorbeeld dubbel windbreekgaas mogelijk te kunnen blokkeren.

De Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) gaat nu onderzoeken, of en zo ja, welke belangrijke rol "windbreekgaas" kan spelen in het voorkomen van besmettingen. Dit materiaal kan iet gemakkelijk een virus tegenhouden. Daar is een virus simpelweg te klein voor. Maar een virus, welke aan besmette en gedroogde watervogelmest de stallen wordt ingezogen, zou mogelijk door een dergelijke zeer fijnmazig gaas wel tegen gehouden kunnen worden. Ook wordt door diezelfde GD nu onderzocht of een gevaarlijk virus, dat gemakkelijk kan overleven in de veren van besmette vogels, op een of andere manier door fijnmazig gaas rond de luchtinlaten tegengehouden zou kunnen worden.

Naast die onderzoeken wordt er ook gekeken naar de effecten van laserapparatuur om wilde watervogels te weren in kippenuitloop terreinen. Daarnaast wordt er onderzoek gedaan naar de juiste plek waar een pluimveebedrijf is gevestigd, i.v.m. de vogelgrieprisico's uit de naaste omgeving. Het is bijvoorbeeld niet gunstig om vlak bij een enorme kippenschuur sloten te gaan baggeren wanneer daar veel wilde watervogels voorkomen(kwamen).

Nadelige handelsconsequenties, veroorzaakt door een werkzaam vaccin, benadeeld nu nog de mogelijkheid om ruimschoots te gaan vaccineren tegen de gevaarlijk en ernstige ziekmakende variant van vogelgriep. Het ontwikkelen van een dergelijk vaccin is ook nog een kwestie van lange adem. Plus een bijkomstigheid is natuurlijk, hoe je die enorme polpulaties in die eveneens enorme schuren keurig individueel kunt gaan vaccineren!

Eind goed, al goed? Nee, dit griep-probleem onder vogels is voorlopig nog láng niet de wereld uit!

 

Bart Smit.

NB. Veertjes is een regelmatige bijdrage op de website van Aviornis Nederland. De column geeft niet noodzakelijk de officiële mening van Aviornis weer.