Gezondheidszorg bij vogels

Om optimaal van onze dieren te kunnen genieten is het van groot belang dat ze gezond zijn en blijven. Hierna volgen een aantal tips die daar bij kunnen helpen. Grofweg zijn drie items te onderscheiden.

  1. Herkennen van ziekteverschijnselen
  2. Curatieve behandelingen
  3. Preventieve behandelingen

1. Herkennen van ziekteverschijnselen

Voeding
Indien de voeropname wijzigt moeten we aan de volgende mogelijkheden denken.
Bij lagere opname kan het aangeboden voer van een andere samenstelling zijn dan voorheen, bijvoorbeeld een andere voerfabrikant. Bij overschakeling van voer samenstelling is het belangrijk om de overschakeling geleidelijk te doen, dus mengen van “oud “ voer met het nieuwe voer gedurende enige tijd. Ook bij gelijkblijvende fabrikant is het aan te bevelen om dit te doen omdat per partij gemaakt voer de samenstelling van de gebruikte grondstoffen kan wijzigen. Dat dit gebeurt is soms te zien aan het kleurverschil tussen de diverse partijen voer.
Bij hoge buiten temperaturen hebben de dieren minder energie nodig om hun lichaamstemperatuur op peil te houden en zullen dan ook minder voer opnemen.
Een andere oorzaak van lagere opname is dat een ziekte hiervan de oorzaak is. Hierover later meer. Verhoogde voeropname zien we als de dieren besmet zijn met darmparasieten, dat kunnen wormen zijn maar ook bij een beginnende coccidiose infectie gaan de dieren eerst meer eten. Als de ziekte erger wordt, met name coccidiose, zal de opname juist minder worden en moet er snel ingegrepen worden.
Bij lage temperaturen zullen de dieren begrijpelijkerwijs ook meer voer opnemen.

Uitwerpselen en darmstelsel
Aan de samenstelling en de kleur van de mest zijn veel mogelijke ziekten af te leiden. Vogels die blindedarmen hebben produceren 2 soorten mest. ‘s Morgens bij het ontwaken worden veelal de blinde darmen geledigd, deze mest is dunner van samenstelling heeft een lichtere kleur en stinkt enorm. Dat is dus normaal. De overige mest is vaster van samenstelling, behalve bij vruchteneters, en is voorzien van witte delen, dat zijn de afvalstoffen welke door de nieren worden afgescheiden en in de cloaca aan de mest uit de darmen worden toegevoegd.

Indien nu de mest overwegend geel tot koperachtig groen gekleurd is moet er rekening mee worden gehouden dat er een storing in de leverfunctie is. Bij fazanten en kalkoenen duidt dat veelal op een blackhead infectie. Blackhead is een ziekte die veroorzaakt wordt door een parasiet welke de lever aantast en wormen (heterakis = kleine spoelworm) als tussengastheer gebruikt. Bij de bestrijding van blackhead moet dan ook zeker niet vergeten worden om de wormen te bestrijden.

Bij een coccidiose infectie zien we ook een verandering van de mest, de diverse soorten coccidiose hebben een voorkeur voor een bepaald gedeelte van de darm waar ze hun schadelijke werk doen. Zo bevindt de Eimeria tenella zich bijna uitsluitend in de blinde darmen. Door aantasting van de darmwand ontstaan bloedingen wat resulteert in mestproductie waar bloed in zit hetgeen met het blote oog meestal goed zichtbaar is, ook kan de blindedarmmest erg donker gekleurd zijn door het aanwezige bloed. Een andere coccidiose soort, Eimeria necatrix, komt vaak voor in combinatie met een clostridium infectie. We zien doodzieke dieren die als er niet snel medicijnen worden gegeven soms binnen een dag sterven als gevolg van ernstige aantasting van de darmwand en mogelijk aan een vergiftiging door de geproduceerde toxinen van de clostridium bacterie. De mest is vaak slijmerig en bevat soms duidelijk zichtbaar bloed en/of stukjes darmwand.
Naast de genoemde coccidiosesoorten komen nog veel andere soorten voor die alle in min of meerdere mate de darmen aantasten. Bij verdenking van een coccidiose infectie is het van groot belang om zekerheid hieromtrent de verkrijgen, mest onderzoek met behulp van een microscoop is dan noodzakelijk.

Ook allerlei bacteriën kunnen darmstoornissen geven. Bij jonge dieren uit zich dat vaak door met mest besmeurde veertjes rond de cloaca of gehele verstopping van de uitgang, de zogenaamde cementcloaca. Behandeling met antibioticum is dan noodzakelijk. Deze infecties worden bijna altijd veroorzaakt door Gram negatieve bacteriën zoals E. coli, Pseudomonas of Salmonella. Het middel van eerste keuze is Baytril, nog beter is om aan de hand van een gevoeligheidstest vast te stellen of deze keuze inderdaad de juiste is.

Bevedering
Wanneer dieren bol in de veren zitten kan dat diverse oorzaken hebben. Bij jonge dieren kan het zijn dat de omgevingstemperatuur te laag is een thermometer biedt dan uitkomst. Dieren die koorts hebben zetten ook de veren op, zoals bij een coccidiose of een clostridium infectie maar ook bij diverse virusinfecties. Door mestonderzoek kunnen een aantal ziekten aangetoond of uitgesloten worden.

Bij langdurige rui moet gedacht worden aan een tekort aan vitaminen of mineralen. Beschadigde bevedering duidt op vraat, of door parasieten of door pikkerij. Beide zijn door observatie te herkennen. Voor de bestrijding van veerluizen zijn middelen verkrijgbaar, pikkerij kan verminderd worden door afleiding te geven of aangetaste delen in te spuiten met hertshoornolie.

Poten
Opstaande huidschubben duiden op een infectie met schurftmijten vooral oudere dieren hebben daar nog al eens last van behandelen met vaseline of ivermectine zijn dan noodzakelijk.

Ademhaling
Veel ziektekiemen tasten de ademhalingsorganen en de ogen aan. De ziekten veroorzaakt door bacteriën kunnen meestal succesvol met antibiotica worden bestreden, wel moet dan eerst worden vastgesteld om welke bacterie het gaat. In het geval van een schimmel of gistinfectie werkt het gebruik van antibioticum averechts: de infectie wordt daardoor juist versterkt!
Enkele voorbeelden van ademhalingsverschijnselen die afwijkend zijn:

Vieze natte ogen en snotneuzen worden vaak veroorzaakt door mycoplasma’s.

Luidruchtige, bijna gillende geluiden tijdens zeer moeilijk ademen en productie van bloed uit de bek, hetgeen in werkelijkheid uit de luchtpijp komt, wordt veroorzaakt door een virus: Het infectieuze laryngotracheïtis virus ook wel ILT genaamd. Voor kippen is tegen deze ziekte een entstof verkrijgbaar, in hoeverre deze entstof ook onschadelijk is voor fazantachtige is onduidelijk.
Wel is uit onderzoek gebleken dat Argusfazanten ook van deze entstof ernstig ziek kunnen worden en er zelfs dood aan kunnen gaan. De doodsoorzaak is altijd dat de dieren stikken in de gevormde slijm en bloedproppen in de luchtpijp.

Infectieuze bronchitis geeft ook hoorbare ademhaling, natte ogen en heldere neusuitvloeiing. Een dergelijke infectie gaat als er geen complicaties optreden met een bacteriële infectie na ongeveer een week weer over. Bij complicaties moet er behandeld worden met een antibioticum.

Gaapwormen veroorzaken ook een afwijkende ademhaling. Meestal komen deze infecties voor bij jonge dieren, door hoesten en schudden met de kop proberen de dieren de wormen kwijt te geraken hetgeen niet lukt omdat de syngamus trachea zoals ze worden genoemd zich aan de tracheawand vastklampen. Behandelen met bv panacur lost deze problemen snel op maar wacht niet te lang met de behandeling want bij ernstige besmetting met veel wormen kunnen de dieren stikken in proppen dode wormen.

Schimmelinfecties van de longen en/of luchtzakken laten een pompende ademhaling zien bij de patiënt. Naarmate de ernst van de infectie toeneemt wordt de ademhaling moeilijker. Behandeling van zo’n infectie geeft bijna nooit het gewenste resultaat.

Infecties met het influenza virus verlopen afhankelijk van het ziekmakend vermogen van het betreffende virus van mild tot fataal. Het klassieke vogelpest virus is bij een ieder die de vogelpestcrisis van 2003 heeft meegemaakt genoegzaam bekend.

Dikke ogen en verdikking van de kopversierselen. Deze worden veroorzaakt door een bacterie: Pasteurella, de ziekte wordt ook wel vogelcholera genoemd. De bestrijding is erg moeilijk omdat niet alle bacteriën geëlimineerd worden door antibioticum, vaak komen de verschijnselen enige tijd na het staken van de behandeling weer terug.

Organen
Bacteriën kunnen als ze eenmaal in de bloedbaan zijn gekomen ziekten aan organen veroorzaken. In ongunstige omstandigheden waarbij hoge concentraties bacteriën in de lucht voorkomen kunnen via verwondingen of via de luchtwegen en de luchtzakken bacteriën kans zien om in de bloedbaan te komen. Via de bloedsomloop komen ze dan in bijvoorbeeld de lever terecht en doen daar hun kwaadaardige werk. Dit leidt in eerste instantie tot aantasting van de kapsels die met name de lever en het hart omgeven. Ingrijpen is noodzakelijk in deze gevallen, afhankelijk van de soort bacterie wordt een antibioticum gekozen. Veelal wordt gestart met een breed werkend middel zoals baytril of doxycycline. Indien er een of meer dieren sterven is het van groot belang voor de rest om te laten onderzoeken wat de doodsoorzaak was.
Sommige virussen tasten ook organen aan soms zelfs hele orgaansystemen. Behandelingen van virusinfecties met antibiotica verlopen bijna altijd teleurstellend. Hierna enkele voorbeelden van schadelijke virussen die het meest voorkomen.

Ziekte van Marek, veroorzaakt door een Herpesvirus. De gevoeligheid verschilt sterk per vogelsoort, bij hoenderachtigen is die het grootst. Er zijn verschillende uitingsvormen. De meest bekende is die vorm waarbij met name de pootzenuwen aangetast worden, er treden verlammingsverschijnselen op die steeds erger worden tot het dier niet meer kan lopen en tenslotte door voedselgebrek sterft. Bij een andere vorm worden er tumoren in de organen gevormd. Ook oogafwijkingen komen voor, hierbij zijn de pupillen onregelmatig (ovaal) gevormd.

Gumboro ziekte, is een jeugdziekte en wordt veroorzaakt door een BIRNA virus. Dit virus tast de organen aan die voor de ontwikkeling van het immuunsysteem moeten zorgen. Ook dit virus komt voor in verschillende vormen van kwaadaardigheid, van mild tot zeer kwaadaardig waarbij vele dieren sterven. Organen die het meest aangetast worden zijn de bursa van Fabricii, de lever en de milt. Behandelen met medicijnen heeft geen positieve effecten.

Ganzenhepatitis is een ziekte van jonge eenden, ganzen en zwanen veroorzaakt door een Parvo virus. Dit virus tast o.a. de lever aan, deze is dan geel van kleur. De mest is wit/geel en waterig, de kuikens willen niet (meer) eten en sterven op jonge leeftijd. Bij een infectie op latere leeftijd (± 3 weken) treedt groeiachterstand op en opvallend zijn dan de korte snavel en korte poten, ook veerafwijkingen komen voor (soms krulveren).

Eendenpest wordt veroorzaakt door een herpes virus. Watervogels van alle leeftijden zijn gevoelig voor een infectie met dit virus. De belangrijkste verschijnselen zijn:
- Voedselweigering.
- Aantasting van de slokdarm en de cloaca (wit/geel vastzittend ontstekingsmateriaal).
- Bloedringen ( 5mm) in de darmen, veel bloed in de blindedarmen.
- Puntbloedinkjes in de lever.

2. Curatieve behandelingen

Onderstaand in telegramstijl een overzicht van de meest voorkomende ziekten en het bij voorkeur te gebruiken medicijn. De te gebruiken doseringen zijn afhankelijk van de samenstelling van het betreffende medicijn.

Wormen Flubenol door voer: 7 dagen
  Panacur ingeven: herhalen na 10 dagen
  Ivermectine onderhuids of oraal
Schurftmijten Ivermectine onderhuids of oraal.
  Paraffine
Coccidiose ESB3 door drinkwater. Toedieningsschema: 3 dagen wel, 2 dagen niet en 3 dagen wel.
  Baycox door drinkwater: 2 dagen
Coccidiose + clostridium (kwartelziekte) ESB3 (zie boven) + Amoxycilline gedurende 5 dagen. Dus tegelijkertijd geven
Blackhead Trichoplus (werkzame stof is Ronidazole) 5 tot 7 dagen drinkwater, regelmatig herhalen bij blijvende worminfecties.
Gram negatieve bacterien (E.coli, speudomonas, salmonella etc.) Baytril door drinkwater 3 tot 10 dagen. Denk aan gevoeligheidstest.
Gram positieve bacteriën (Stafylokokken, Streptokokken) Ontstoken gewrichten en dergelijke: Engemycine injectie
  Streptokokken bij jonge dieren:
Clostridium >> Amoxycilline drink water (of synulox). Denk aan gevoeligheidstest.
Mycoplasma’s Baytril. Verschijnselen komen vaak terug omdat niet alle organismen worden geëlimineerd.
Virusinfecties en bijkomende complicerende bacteriële infecties Een breedwerkend antibioticum zoals baytril of trimethoprim/sulfa
Gisten Nystatine of nizoral
Schimmels Trisporal

Medicijnkast
Medicijnen zijn meestal snel te verkrijgen. Toch is het verstandig om een aantal middelen in huis te hebben, denk aan het weekeinde bijvoorbeeld. Snel ingrijpen geeft een grotere kans op herstel.

Baytril Gramnegatieve bacteriën
Amoxycilline (synulox) Grampositieve bacteriën
ESB3 of Baycox Coccidiose
Flubenol Alle soorten wormen
Panacur Wormen m.u.v. lintwormen
Vitamine en sporenelementen Na medicijnbehandeling

3. Preventieve behandelingen

In vergelijking met het gehouden nutpluimvee zijn de “wilde”vogels veel minder vatbaar voor allerlei ziekten, door de manier van houden (lage bezetting van de volières) is een eventuele infectie druk zeer laag. Bij de kipperassen zijn ook grote verschillen bekend in gevoeligheid voor diverse ziekten. Genetisch gezien zijn de vogels die in volières worden gehouden sterk afwijkend van elkaar, dit houdt in dat ook de gevoeligheid voor ziekten per soort anders is. Zo zijn er virussen bekend dit zeer soortspecifiek zijn. Herpes virussen van uilen, kippen en duiven verschillen zoveel van elkaar dat het ene virus niet aanslaat bij de andere vogelsoort. V oor bacteriën geldt dat alle soorten vogels ziek kunnen worden als gevolg van een bacteriële infectie, denk aan darmstoornissen door E.coli of salmonella’s.

Het gebruik van medicijnen om een bacteriële infectie te voorkómen is zinloos omdat medicijnen slechts zeer kort werkzaam zijn, het heeft eerder een negatief effect omdat er resistentie op kan treden, dus als het echt nodig is blijken dan de bacteriën ongevoelig te zijn voor het medicijn (en soms ook andere) wat al eerder aan de dieren is gegeven.

Pseudo-vogelpest, vooral in dichtbevolkte pluimvee gebieden en bij geïmporteerde vogels omdat in het laatste geval het vrij regelmatig voorkomt dat een of meer van de vogels uit het buitenland het NCD virus bij zich dragen zonder daar zelf ziek van te worden.

Ziekte van Marek, sommige vogelsoorten kunnen na infectie de ziekte in verloop van enkele maanden ontwikkelen.
Mogelijke oplossingen zijn:
1. Kweken met oude dieren, die hebben een eventuele infectie goed doorstaan en zullen deze eigenschap aan hun nakomelingen doorgeven.
2. Kweken op resistentie, dus doorgaan met die dieren welke de ziekte overleefd hebben. Deze vorm van bestrijding duurt erg lang.
3. Vaccineren op de eerste levensdag met een beschikbaar vaccin, een nadeel hiervan is dat er dan geen natuurlijke weerstand wordt opgebouwd en dat de gevoeligheid voor de ziekte niet afneemt, maar de dieren zijn wel hun leven lang beschermd tegen de ziekte.

Ganzenhepatitis: Alle ouderdieren ongeveer 6 weken voor de leg vaccineren, de enting zorgt ervoor dat de moederdieren antistoffen aanmaken die via de dooier aan de jongen wordt meegegeven. Daardoor zijn de kuikens de eerste drie weken beschermd tegen een infectie. Bij een ganzenhepatitis uitbraak onder jonge watervogels die van ongeënte ouders komen bestaat de mogelijkheid om de pas uitgekomen kuikens in te spuiten met antiserum tegen ganzenhepatitis.

Eendenpest komt meestal voor op plaatsen waar veel dieren bij elkaar gehuisvest zijn. De grootste zekerheid geeft natuurlijk jaarlijks enten. Als er een uitbraak dreigt kan een noodenting worden uitgevoerd direct na het begin van de ziekte, een week na de enting zullen de op het moment van enting nog gezonde dieren beschermd zijn.

Bij soorten die gevoelig zijn voor black-head is het aan te raden om vooral tijdens de jeugd regelmatig te behandelen met Ronidazole (tricho-plus) en te ontwormen met flubenol. Kalkoenen, ruigpoothoenders en diverse fazantensoorten zijn zeer gevoelig voor deze ziekte.

Tot slot

- Observeren van de dieren is net zo belangrijk als verzorgen.
- Laat vooral bij jonge dieren de mest controleren op aanwezigheid van coccidiose en wormeieren.
- Door gestorven dieren te laten onderzoeken kunnen er wellicht andere dieren gered worden!

Loi Burger

Voor informatie en advies:
Stichting Fowl Oase
E-mail: l.burger@planet.nl
Telefoon: (06) 53 78 14 42

Over de auteur

Loi Burger
Stichting Fowl Oase
Rijsenburgselaan 103
3972 EH Driebergen-Rijssenburg
Gsm: 0653 781442
E-mail: l.burger@planet.nl

Een Blauwe oorfazant (Crossoptilon auritum) met een oogaandoening veroorzaakt door de Pasteurella bacteriën. Foto door J. Harteman