Emoe

Dromaius novaehollandiae (Latham, 1790)

Tekst door Jaap Korten
Zie ook een beknopt Emoe dagboek op deze pagina.

Verspreidingsgebied
Australië

Leefgebied
De meeste gebieden van Australië, vooral Queensland en het Noordelijk Territorium, behalve dicht beboste en woestijnachtige gebieden.
Bij voorkeur met struikgewas begroeide steppen en savannen.

Beschrijving
De emoe is na de struisvogel de grootste loopvogel.

Mannetje, de haan, en vrouwtje, de hen, zijn niet van elkaar te onderscheiden, ondanks soms uiterlijke verschillen. Het vrouwtje is over het algemeen wat groter. Het geslacht is door middel van DNA techniek met veren vast te stellen.
De emoe veren zijn veel fijner en korter dan van de nandoe en zijn tweeledig ingeplant. De veren zijn licht van kleur en afhangend. Alleen de uiteinden zijn donker waardoor de emoe overwegend bruingrijs van kleur is. De hals is donker, bijna zwart en vol bevederd. Dit in tegenstelling tot de nandoe en de struisvogel.
De kop is gedeeltelijk kaal met een blauwe huid en heeft een soort zwarte kuif.
De ogen zijn van hazelnoot- tot kastanjebruin van kleur.
Emoes hebben lange, behoorlijk krachtige en onbevederde poten met drie tenen met flinke nagels.
Het vrouwtje maakt een dof trommelend geluid vanuit een keelzak. Het mannetje een meer grommend geluid.

Soorten/ondersoorten
Er waren vroeger drie geografische soorten bekend, maar die zijn in de 19de eeuw, door toedoen van de mens, uitgestorven.

Toch worden er nog drie ondersoorten onderscheiden.

De Dromaius novaehollandiae novaehollandiae, de Dromaius novaehollandiae woodwardi en de Dromaius novaehollandiae rothschildi, die zowel in het wild als op farms kruizen.

Daardoor is er een mengeling ontstaan.

Lengte en gewicht
Max. lengte rechtop: 160 - 180cm.
Gewicht: +/- 50-60 kg

Levensverwachting
Emoes zijn sterke, niet veeleisende vogels, die bij goede verzorging en hygiëne niet snel ziek worden.

In beschermd milieu leeft de emoe langer dan in de vrije natuur en kan wel 20 jaar oud worden.

In oorspronkelijk leefgebied: 10 jaar.

In beschermd milieu: 20 jaar. Er zijn zelfs meldingen van 30 jaar in Amerikaanse dierentuinen.

Huisvesting
In beschermd milieu dient er om het emoe-verblijf een stevige afrastering te zijn van 150 cm hoog. En een binnenverblijf dat bescherming biedt tegen slechte weersomstandigheden.

Emoes maken daar meer gebruik van dan nandoes.
Wanneer de buitenruimte beperkt is zal het gras worden opgegeten en de grond kapot gelopen.

Kweek
In tegenstelling tot de nandoes, die in de vrije natuur in groepen leven, leeft de emoe meestal paarsgewijs.
In beschermd milieu is het ook aan te raden één paartje emoes te houden. Dat bevordert de bevruchting van eieren. Soms is het niet gemakkelijk een goed paar samen te stellen. Emoes worden geslachtsrijp in hun 2de of 3de jaar.
Emoes broeden in de koelere maanden.
In Australië is dat van mei tot september. In Europa tussen november en februari.
Maar wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat het niet door de lagere temperatuur komt, maar door korter daglicht, dat de aanmaak van reproductie hormonen stimuleert. Emoes baltsen door te springen en maken vreemde en onverwachte draai bewegingen.
Het paren en de bevruchting gebeurt ruwweg 50 dagen voordat de eieren worden gelegd.  De hen legt 7-10 eieren, die donker olijfgroen van kleur zijn.
Ook bij de emoe maakt de haan het nest en broedt alleen de eieren uit.
De broedduur bedraagt 50-56 dagen.
Tijdens het broedseizoen kan de haan wat agressief zijn.
Emoe kuikens zijn nestvlieders en grijs en licht geelgrijs gestreept en worden ook alleen door het mannetje verzorgd.  Na vier maanden verandert de kleur naar chocolade bruin. Na een jaar beginnen ze op kleur te komen. Zij hebben veel bewegingruimte nodig.

Diverse filmpjes van opgroeiende emoe kuikens kun je op deze pagina bekijken.

Gedrag
Ook de emoe kan snel lopen, maar heeft geen vleugels van betekenis voor zo’n grote vogel.
De vleugels zijn slechts 20 cm lang en daarmee kan de emoe geen snelle, scherpe bochten maken, zoals de nandoe.

Emoes hebben, net als de andere loopvogels, een plat borstbeen en daarmee geen aanhechting voor de vleugelspieren, waardoor zij niet kunnen vliegen.
Emoes zijn gemakkelijk te houden en worden redelijk tam.

Voedsel
Bij dierspeciaalzaken zijn speciale loopvogelkorrels te koop voor dagelijks gebruik.
Dit voer kan worden aangevuld met luzernekorrels, luzernehooi, pluimveekorrel en gemend graan. Daarnaast gras, groenvoer en fruit. Ook lusten ze graag wat brood.
Kuikens en jonge emoes mogen niet te snel groeien en hebben veel bewegingruimte nodig. Er is loopvogel opfokkruimel te koop. Het is belangrijk dat de jonge vogels ruim voldoende groenvoer wordt verstrekt.

Het verdiend aanbeveling emoes twee maal per dag te voeren.
Voor een goede spijsvertering hebben ze maagkiezels nodig.
Schoon vers drinkwater dient altijd aanwezig te zijn.
Emoes drinken door het water met hun onderste snavel op te scheppen.

Status
In het verre verleden was de emoe een belangrijke voedselvoorziening voor de Aboriginals.
In het meer recente verleden is er in Australië veel op de emoes gejaagd, omdat landbouwers er veel overlast van hadden. Maar ze komen nog steeds in Australië plaatselijk algemeen voor. Aantallen in het wild worden geschat op 700.000 stuks. Ze zijn niet bedreigd.

Behalve in Australië worden ook in Amerika en Groot Brittannië emoes op farms gefokt voor de productie van vlees, leder, veren, emoe-olie voor huidverzorgingsproducten en eieren voor decoratieve bewerking.
In Amerika worden meer dan een miljoen emoes op farms gehouden.

In Australië wordt emoe biefstuk gegeten, net zoals over de hele wereld struisvogelvlees.

Wetgeving
In Nederland mogen emoes als hobbydier gehouden worden en hoeven niet te worden geregistreerd.

Emoe, Foto door Jaap Korten
Emoe, Foto door Jaap Korten
Emoe, Foto door Jaap Korten
Emoes in New South Wales, Australië, Foto door Joke Duivestein
Emoe, Foto door Jaap Korten
Emoe, Foto door Jaap Korten