Broedseizoen van tragopanen

Tekst en foto's door André van der Wielen (voorheen eigenaar van Tragopanerie "De Valendries"), fam.vanderwielen@wanadoo.nl

Voorbereiding van het broedseizoen

Zorg er allereerst voor dat de kweekdieren gezond de winter door komen. In de herfst en het voorjaar zijn de vogels het meest vatbaar voor ziekten. We ontwormen de dieren dan ook voor aanvang van het broedseizoen, dit gebeurt in januari, er zijn diverse producten in de handel, wij gebruiken Flubenol wat we door het voer mengen. Dit voer is, in ons geval buiten het normale voer om, universeelvoer waar ze erg verzot op zijn. Voor die gelegenheid iedere dag één volle eetlepel per koppel met daar doorheen het ontwormings poeder, dit gedurende 7 dagen. Ook tegen cocidioses een mooie mannier.

Als we februari schrijven dan plaatsen we de broedmanden in de hokken, sommige doen dat op een later tijdstip, maar wij kiezen er voor om dat vroeg te doen. De vogels hebben op die mannier al de mogelijkheid deze te inspecteren en voor de Cabots die al vroeg beginnen met de kweek, is het niet verkeerd dat ze hun nestplaats kunnen verkennen. In tegenstelling van wat veel liefhebbers wel doen, we schermen de onderliggende volières niet van elkaar af. De vogels mogen elkaar altijd zien en de hanen kunnen indien nodig hun overtollige energie kwijt aan de buren. Sterker nog ik ben er van overtuigd dat de aandacht naar elkaar het broedrijp worden bevorderd.

Nestgelegenheid

We hangen daarvoor een éénvoudige mand op aan de wand, op een hoogte zodanig dat de zitstok iets hoger is als de mand. Op die mannier wordt de mand niet als slaapplaats gekozen, wat dan ook vervuiling voorkomt. Eind februari doen we er een flinke laag stro in, zodat ze er een paar dagen voor de leg een prima nest van kunnen maken.

Vanaf de kerst zijn de hanen meestal al druk in de weer om hun juist nieuw verkregen verenpak te tonen aan een ieder die het zien wil. Doch de echte paartijd vangt pas in maart aan. In volgorde is dat eerst bij de Cabottragopanen dan de Temmincktragopanen en direct of gelijk erna de Satyr en Blythtragopanen.

De Cabot is van enig subtropische kom af, dit vertaalt zich dan ook in het bioritme van de dieren die al vroeg eind februari / begin maart met hun versiertoer beginnen.

Omdat het weer dan meestal alles behalve stabiel is, en we de nodige nacht vorsten moeten ervaren, is het een moeilijke tijd om de eerste ronde bevruchte eieren te krijgen.

Ook ligt het feit er dat de hanen vaak wel klaar zijn, maar de hennen nog niet, er is dan gewoon nog te weinig dag en nacht warmte.

Broedrijp

Op het moment dat de nachtvorsten een week weg blijven en de dag temperatuur 10 graden of meer wordt, dan pas laten de hennen zich treden door de hanen.

Jonge 1 jarige Temmincktragopanen kunnen in een gunstig geval bevruchten en bevruchte eieren produceren. Dit is niet altijd het geval maar een ei leggen doen jonge dieren van Cabot en Temminck wel. Als de Satyr het eerste jaar leggen heb ik ze niet hoog zitten, normaal leggen die pas in het 2e jaar. Ondanks dat de hanen volop baltsen is dit geen garant voor een succes volle paring.

Bij te veel koude zijn de zaadcellen van de haan te inactief, en bereiken zodoende niet de eileider bij een hen. Als de hen in stemming komt, en bij Cabottragopanen is dat opmerkelijk, zal zei zich laten treden door de haan. Opmerkelijk omdat de Cabothen meer als welke andere soort, begint te kroelen over de grond. Ze maakt daarbij allerlei aandoenlijke geluiden als of er krolse poezen in je volière lopen. Daarbij gaan ze plat op de grond liggen en trillen met hun vleugels om als het waren de haan te lokken.

Veel al komt het tot een paringscontact met beide. De hen zal haar nest in orde maken en er een komvormige holte in maken. Deze periode duurt meestal een week en daarna zal de leg beginnen. Hieruit blijkt dat de paringen rond deze tijd bepalend zijn voor een goede bevruchting, in die éne week moet alles kloppen, stemming van de hen het juiste weer enz.

De leg periode duurt hoofdzakelijk van vroeg maart t/m laat mei, uitzonderingen daar gelaten.

Aantal eieren

Tragopanen leggen in gevangenschap een broedsel van tussen de 2 á 6 eieren, maar Cabots leggen er veel meer. De ene legt zo 15 eieren op rij, de ander doet het in rondes van ongeveer 5 stuks, ongeveer vier dagen er tussen en weer verder. In deze periode zijn alle soorten hennen druk in de weer om mineralen uit het zand te scharrelen, dit is een activiteit die veel meer is als normaal, ze graven echt kuiltjes. Allemaal herkenning dus voor de liefhebber dat Het er aan zit te komen. De eitjes van de Cabots zijn de kleinste onder de soorten. In de aangeboden mand wordt tegen de leg een mooi kuiltje in het stro gemaakt. Een aantal dagen later zal het eerste ei gelegd worden. De eieren worden gemiddeld om de dag gelegd en in meerdere rondes.

Als je de eitjes weg raapt zal de hen blijven doorgaan, in het begin is dat ook prima maar na een eitje of 8 kun je er voor kiezen om ze te laten liggen. Hopende dat de hen het legsel zal gaan bebroeden.

Omgevingstemperatuur

Bij goed weer gaat alles meestal prima, maar bij te veel koude… hebben sommige hennen moeite om vlot een ei te leggen. Dit gebeurd meestal tegen het eind van de dag, en als het te lang duurt wegens de kou, heb je kans dat het ei niet snel afkomt en de hen op stok gaat zitten.

Tijdens het nachtelijke uur zal het ei als nog komen, en men vindt het dan ‘s morgens onder de stok. Het is ook mogelijk dat het ei moeizaam komt, en dan zie je wel eens een gegolfd ei.

Of een ei dat blijft steken, daarbij doe je er goed aan de hen warm te zetten, of wat sla olie aan brengen op de cloaca, zodat dit naar binnen trekt en hopelijk de ei gang bevordert.

Wat ook voor komt zijn windeieren, dat kan dezelfde reden hebben maar de conditie van de hen is ook mede bepalend.

Broeden: natuurlijk of kunstmatig?

Het broeden kan op veler manieren, maar onze voorkeur gaat uit naar natuurbroed. Helaas is dat niet altijd mogelijk omdat de hanen meestal niet toestaan dat de hen al gaat zitten naar haar eerste legsel. Vandaar dat we de eerste ronde eieren weg rapen en die aan de broedmachine toevertrouwen.

Bij de tweede ronde eieren is de kans groter dat de hen wil gaan broeden, en dat de haan haar met rust laat. Dat is eigenlijk de periode dat de vogels hun vleugelpennen laten vallen,(begin van de rui) ook weer zo’n moment voor de liefhebber, om vast te stellen hoe ver de vogels in hun cyclus zijn.  Een logisch moment in de natuur, want tijdens het broeden zijn de vleugels minder hard nodig, en zijn ze weer vernieuwt als de hen met de kuikens echt uit de voeten moet. 

De gemiddelde broedtijd van alle tragopanen is 28 á 29 dagen.

Na uitkomst van de kuikens blijft de hen nog geruime tijd op het nest, zodat de kuikens kunnen drogen. Opgedroogde kuikens beschikken al over enorme vleugels ten opzichten van hun kleine lichaam. Die vleugels gebruiken ze om een zweefvlucht te maken, als de hen het nest verlaat.

En dat is geen nest op de grond zoals veel fazanten dat hebben. Nee, in de natuur is dat een nest hoog in de bomen, soms wel 15m hoog. Diverse organisaties helpen mee voor het behoudt van deze prachtige vogels in de natuur. Er worden door hun hoog in de bomen nestengelegenheden (mandjes)geplaatst zodat het voor de dieren makkelijker word om hun eieren af te zetten.

Normaal kiezen de hennen dan ook een oud en verlaten kraaien nest waar ze hun broedsel leggen.  Dit is een veilige plaats tegen roofwild. Als ’s avonds de hen te rusten gaat, vliegen de kuikens mee in de bomen. En in de volière op stok, en kruipen lekker onder moeders rok.

Kuikenvoeding

De kuikens pikken direct naar alles wat eetbaar lijkt, we geven echter pas naar ruim anderhalve dag de kuikens te eten als zei onder de lamp worden groot gebracht. Dit moet voorkomen dat ze darmziekten krijgen. Een kuiken kan na het uitkomen nog zeer lang zonder voedsel door dat het nog een voorraad (eigeel) voeding bij zich draagt.

Als de tijd er is (2e dag) geven we de kuikens sivostartmeel van bogena, maar deze zeer rijke voeding krijgen ze niet langer dan nodig.(kromme tenen oorzaak nr.1)

We schakelen al vlot over naar de Pride 826 van Garvo,  een voer wat weinig eiwit bevat en is bij uitstek geschikt voor tragopanen en aanverwanten.

Ik noemde het al eerder, te veel eiwit voor tragopanen schaad de groei, een voorbeeld daarvan zijn te zware kuikens die niet op hun poten kunnen staan, ook de kromme tenen is een veel voorkomend probleem. Wat gebeurt er precies, de botjes groeien te snel ten opzichten van de spieren en pezen waardoor de tenen krom gaan groeien!!

Kuikens die bij de ouder dieren rond lopen geven we wel direct kuikenvoer en wat universeelvoer er door, de hen zal zorg dragen voor voldoende opnamen van het voer. Daar kan geen mens tegen op. Zei bepaalt in de eerste dagen of er collectief gegeten gaat worden, of dat er een opwarm pauze ingelast wordt!  Een boeiend schouwspel.

Water moet wel altijd beschikbaar zijn, om de “lamp” kuikens de weg te wijzen leg ik knikkers in een ondiep bakje met water. Hier pikken ze naar en ontdekken zo het vocht.

Warmte tijdens de opfokperiode

Met een hen in de buurt worden de kuikens automatisch de weg gewezen. Ook verzorgt de hen de broodnodige warmte als de kuikens het koud krijgen.

Voor kuikens onder de lamp moet de verzorger altijd alert zijn, de kuikens mogen het niet te warm krijgen en ook niet te koud, in beide gevallen zul je veel uitval hebben.

Geef de kuikens beide mogelijkheden van temperatuur, zodat er wat te kiezen valt. Als de kuikens wat lichaam betreft een dikke vuist groot zijn en het weer laat het toe, dan gaan ze bij ons naar buiten overdag.

We beginnen hiermee als we zelf in de buurt kunnen zijn, aan het eventuele geklaag en piepen van de kuikens kunnen we  horen of ze het aangenaam vinden of niet.

Het doel hiervan is om ze zo snel mogelijk de kuikens af te harden van de warmte bron, en dat ze dag en nacht in een half overdekte volière buiten kunnen verblijven. Op die mannier kunnen ze van de zon genieten. En groeien ze voorspoedig op.

Herkenning van de geslachten

Kuikens die pas uit het ei zijn gekomen verraden aan hun poot- en teenlengte of het een haan of hen is. Echter dit kun je alleen zien met een heel goed geoefend oog.

Op een later tijdstip als de kuikens ongeveer 4 maanden zijn, dan kun je goed herkennen wat de haantjes zijn. Namelijk op de borst en hals vertonen zei al meerdere rood oranje veertjes, dit in tegenstelling van de jonge hennetjes die nog bruin zijn.

Aan het eind van het jaar zijn duidelijk de geslachten te onderscheiden van de Temminck en Satyr tragopaan, maar de Cabots laten wat langer op zich wachten voor dat je duidelijk een onderscheid kunt maken. De Blyth tragopaan is als de Satyrtragopaan vergelijkbaar.

Gemiddeld genomen zijn tragopanen in hun 2e levens jaar geslacht rijp, (in de natuur veel later) en komen dan ook op volle kleur. De Tragopan is een boeiende en prachtige vogel in je volière, en zal menig liefhebber kippenvel bezorgen van de wonder mooie pracht en praal die deze vogel laat zien.

Pronkende Satyr haan bij zijn hen, het begin van het kweekseizoen.
Pronkende Satyr haan bij zijn hen.
Broedende tragopaan in een opgehangen mand.
Tragopanenkuikens
Satyr tragopaan, kuiken